Table Of ContentUvA-DARE (Digital Academic Repository)
Alexander Borodin : een biografische studie
Vijvers, W.G.
Publication date
2007
Document Version
Final published version
Link to publication
Citation for published version (APA):
Vijvers, W. G. (2007). Alexander Borodin : een biografische studie. [, Universiteit van
Amsterdam]. in eigen beheer.
General rights
It is not permitted to download or to forward/distribute the text or part of it without the consent of the author(s)
and/or copyright holder(s), other than for strictly personal, individual use, unless the work is under an open
content license (like Creative Commons).
Disclaimer/Complaints regulations
If you believe that digital publication of certain material infringes any of your rights or (privacy) interests, please
let the Library know, stating your reasons. In case of a legitimate complaint, the Library will make the material
inaccessible and/or remove it from the website. Please Ask the Library: https://uba.uva.nl/en/contact, or a letter
to: Library of the University of Amsterdam, Secretariat, Singel 425, 1012 WP Amsterdam, The Netherlands. You
will be contacted as soon as possible.
UvA-DARE is a service provided by the library of the University of Amsterdam (https://dare.uva.nl)
Download date:27 Dec 2022
Alexander Borodin
een biografische studie
ACADEMISCH PROEFSCHRIFT
ter verkrijging van de graad van doctor
aan de Universiteit van Amsterdam
op gezag van de Rector Magnificus
prof. dr. D. van den Boom
ten overstaan van een door het College voor Promoties
ingestelde commissie, in het openbaar te verdedigen
in de Agnietenkapel
op 8 november 2007, te 14.00 uur
door
Willem Gerard Vijvers
geboren te Amsterdam
Promotiecommissie:
Promotor: Prof. dr. B. Naarden, Faculteit der Geesteswetenschappen
Overige leden:
Prof. dr. M.J. Ellman
Prof. dr. R. de Groot
Prof. dr. E. Homburg
Prof. dr. M. Kemper
Prof. dr. F. Maes
Prof. dr. W.G. Weststeijn
Faculteit der Geesteswetenschappen
ISBN: 978-90-812269-1-2
Druk: Digital Printing Partners Utrecht BV
Omslag ontwerp: Willemien Vijvers
Portret omslag: Collectie Nederlands Muziek Instituut, Den Haag
Copyright©2007 by Willem Vijvers.
All rights reserved. No part of this publication may be reproduced or transmitted in any form or by any means,
electronic or mechanical, including photocopy, recording, or any information storage and retrieval system,
without the author’s prior written consent.
Behoudens de in of krachtens de Auteurswet 1912 gestelde uitzonderingen, mag niets uit deze uitgave worden
verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of
op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, fotokopieën en opnamen inbegrepen, zonder voorafgaande
schriftelijke toestemming van de auteur.
2
Inhoud
01 Voorwoord 5
02 Inleiding 7
03 Kinderjaren en jeugd (tot oktober 1859) 16
04 Omstanders (tot 1862) 26
05 Heidelberg (oktober 1859 - september 1860) 43
06 Karlsruhe (september 1860 – mei 1861) 53
07 Pisa (mei 1861 - september 1862) 61
08 Terug in Rusland (1862 - 1864) 69
09 De eerste symfonie (1864 - 1866) 80
10 De heldhaftige ridders (1867 - 1868) 89
11 Anka (1868) 98
12 Igor (1869) 106
13 Alleen (1869 - april 1870) 116
14 Nog alleen (april 1870 – november 1871) 126
15 Mlada (november 1871- zomer 1873) 138
16 Onderwijs voor vrouwen 147
17 Kazan (september 1873 - zomer 1874) 155
18 Karmalina (september 1874 - zomer 1876) 166
19 Liszt (september 1876 - zomer 1877) 178
20 Davydovo (zomer 1877 - begin zomer 1879) 191
21 Parafrases (zomer 1879 - september 1880) 204
22 Afscheid (september 1880 – september 1881) 217
23 Vijftig jaar! (september 1881 - 1883) 229
24 Jadoul (eind 1883 - augustus 1885) 243
25 Argenteau (augustus 1885 – februari 1887) 256
26 Besluit (na februari 1887) 271
27 Verantwoording 282
28 Borodin – Muziekwerken 285
29 Borodin - Wetenschappelijke artikelen 287
30 Geciteerde literatuur 293
31 Dankwoord 308
32 Summary 309
3
4
1 Voorwoord
Muzikale begaafdheid is niet ongewoon bij beoefenaars van de wetenschap.
Sommigen bereiken een hoog niveau in het bespelen van een instrument. Het is echter
zeer bijzonder als een chemicus 130 jaar na zijn dood nog steeds bekend is als
componist en zijn werk repertoire heeft gehouden.
Borodin was geen Tsjaikovski en geen Mendelejev, om enkele land- en tijdgenoten
te noemen die hij goed kende. Niettemin heeft hij mij al heel lang geboeid1. Iemand die
op zulke uiteenlopende gebieden als chemie en muziek2 werken van blijvende waarde
nalaat moet een buitengewoon mens zijn. Ik heb deze biografische studie opgevat omdat
de combinatie van twee uiteenlopende talenten in één persoon mij fascineerde. Maar
gaandeweg is Borodins persoonlijk leven tegen de achtergrond van de heftige
maatschappelijke ontwikkelingen in het Rusland van zijn tijd steeds meer naar voren
gekomen. Ik heb ernaar gestreefd de relatie tussen de persoon en zijn verschillende
activiteiten uit te laten komen. Dit ideaal werd verwoord door Thomas Hankins: “These
rare gifted individuals whose careers cut among many fields [..] are precisely the
subjects whose biographies are the most valuable. [..] A decision to describe personality
without science or science without personality, or philosophy, or political and social
activity, is a decision that robs biography of most of its significance (Hankins (1979) 11).
Dit boek is dus breder van opzet dan een levensbeschrijving van een amateur-componist
door een amateur-musicoloog3. Ik wil Borodin de plaats in de geschiedenis geven die
hem redelijkerwijs toekomt. Dus niet als een “minor composer” die iets met natuur-
wetenschappen had, maar evenmin als de geniale componist en geleerde, die
voortbouwde op het erfgoed van de geniale Glinka en de progressieve Russische
wetenschap. Deze studie heeft vele jaren gevergd, maar zoals Borodin zelf zegt in een
brief aan zijn vrouw: “Во мьё тар кё жамэ”4 (BrB IV, 1046, 69, 18845).
Vaak wordt Borodin vergeleken met chemici, die succes hadden als uitvoerend
amateur-musicus, maar slechts enkelen waren als componist actief (Root-Bernstein,
2001). Ter vergelijking komt Emil Votoček (1872-1950) het meest in aanmerking. Hij
1 Omstreeks 1960, wakker geschud door de succesvolle lancering van de Spoetnik, gingen wetenschappers in
Amerika de Russische taal leren om de (vermeende) achterstand te kunnen beoordelen. Er werden er
leerboeken gepubliceerd met titels als Scientific Russian (Perry), Russian for the Scientist (Turkevich) etc. Voor
mij was dat aanleiding om een cursus aan de Volksuniversiteit te volgen. Als chemicus en muziekliefhebber
kwam ik al gauw de naam Borodin tegen. Waardevolle Russische publicaties op mijn interessegebied
(farmaceutische chemie) bleken er overigens nauwelijks te zijn, maar mijn belangstelling voor de taal en
cultuur van Rusland was gewekt en is sindsdien alleen maar toegenomen.
2 Volgens twee eminente chemici, Roald Hoffmann (Nobelprijs 1981) en Pierre Laszlo, is er toch verwantschap
tussen beide vakgebieden: “Unsere Disziplin ist eine merkwürdige Mischung aus empirischer Beobachtung und
abstraktem Denken. Insofern ähnelt sie der Musik” (Hoffmann & Laszlo (1991) 9). De gedachtegang van Laszlo
komt nog ter sprake in hoofdstuk 26 (blz. 273).
3 Ik definieer een amateur als iemand die terwijl hij op andere wijze in zijn levensonderhoud voorziet, zich
toelegt op een activiteit die ook beroepsmatig kan worden verricht.
4 = Vaut mieux tard que jamais.
5 Voor de wijze van citeren van brieven zie hoofdstuk 27 Verantwoording.
5
was een organisch chemicus van hoog aanzien, die vele onderscheidingen kreeg en in
1933 werd genomineerd voor de Nobelprijs. Tegenover meer dan driehonderd weten-
schappelijke artikelen staan tientallen muzikale composities van zijn hand, hoofdzakelijk
kamermuziek. Deze hebben nooit een plaats gevonden in het gangbare repertoire en
slechts enkele stukken zijn in druk verschenen (Kauffman, Jursik & Rae (1999) 517).
Terwijl Votoček hoogstens bij chemici bekend is6, maakt Borodin deel uit van de
muziekgeschiedenis. Zijn voor componisten ongebruikelijke beroep – dat hij via een
omweg had bereikt - heeft in de literatuur voor enige verwarring gezorgd. De meeste
biografen beperken zich tot Borodins muzikale kant. Uitzonderingen worden genoemd in
de bespreking van de reeds bestaande biografieën in het volgende hoofdstuk. Vooral in
Russische boeken uit de Sovjet-periode wordt hij bovendien opgevoerd als een van de
progressieve dejateli7. Ik besteed in ruime mate aandacht aan zijn maatschappelijke
functies.
Om een beeld te kunnen schetsen van de man en zijn omgeving heb ik feiten-
materiaal verzameld en gerangschikt dat ook bruikbaar zal zijn als een bijdrage tot de
wetenschaps- en muziekgeschiedenis. Borodin kende veel belangrijke figuren uit binnen-
en buitenland persoonlijk en zijn brieven bevatten observaties over hen die vaak zijn
veronachtzaamd. Deze studie is gebaseerd op gepubliceerde bronnen. Dit niet alleen op
grond van praktische overwegingen, maar ook omdat nauwgezette studie van archief-
stukken niet past bij de breedte van het onderwerp. Vermoedelijk ligt er nog veel
materiaal verborgen in archieven. Albrecht Gaub, die voor zijn dissertatie onderzoek in
Rusland heeft verricht, zegt: ”Das Grundproblem der Borodin-Forschung, auch der
russischen, ist die Quellenlage” (Gaub (1995) 7). Borodin was zorgvuldig in het
gereedmaken van zijn partituren en zijn wetenschappelijke publicaties, maar liet bij zijn
plotselinge dood een onoverzichtelijke hoeveelheid kladpapier achter. In zijn leven
scheidde hij wetenschap en kunst, maar in zijn aantekeningen niet. In de man Borodin
hoopte ik een voorbeeld te vinden van iemand die de destijds al merkbare de kloof
tussen de “twee culturen”8 had weten te overbruggen. In de loop van het verhaal zal
duidelijk worden dat Borodin steeds in één van zijn rollen optrad. Zelfs in de kring van
familie en vrienden was hij niet tegelijk musicus en chemicus, hoewel hij beslist muziek
noch scheikunde wilde opgeven.
6 Votočeks reagens wordt gebruikt voor de bepaling van sulfiet in aanwezigheid van thiosulfaat en thionaat.
7 Деятель kan het beste worden vertaald als “iemand die iets tot stand heeft gebracht”.
8 C.P. Snow’s veel geciteerde aanduiding (uit 1959) voor de kloof tussen α- en β-wetenschappen of ruimer
tussen kunst en wetenschap, die al veel langer bestond.
6
2 Inleiding
Charles Bukowski, the Life of Borodin
the next time you listen to Borodin
remember he was just a chemist
who wrote music to relax;
his house was jammed with people:
students, artists, drunkards, bums,
and he never knew how to say: no.
the next time you listen to Borodin
remember his wife used his compositions
to line the cat boxes with
or to cover jars of sour milk;
she had asthma and insomnia
and fed him soft-boiled eggs
and when he wanted to cover his head
to shut out the sounds of the house
she only allowed him to use the sheet;
besides there was usually somebody
in his bed
(they slept separately when they slept
at all)
and since all the chairs
were usually taken
he often slept on the stairway
wrapped in an old shawl;
she told him when to cut his nails,
not to sing or whistle
or put too much lemon in his tea
or press it with a spoon;
Symphony #2, in B Minor
Prince Igor
On the Steppes of Central Asia
he could sleep only by putting a piece
of dark cloth over his eyes
in 1887 he attended a dance
at the Medical Academy
dressed in a merrymaking national costume;
at last he seemed exceptionally gay
and when he fell to the floor,
they thought he was clowning.
the next time you listen to Borodin,
remember...
from It Catches My Heart in Its Hands (Poems 1955-1963)9
De verleiding is natuurlijk groot om de levensbeschrijving van iemand als
Alexander Borodin (1833-1887) te gebruiken om een beeld te geven van de ontwikkeling
van de Russische maatschappij, die juist toen een stormachtige periode doormaakte. Dit
zou echter een te ambitieus project worden en ik heb volstaan met het schetsen van
achtergronden voor zover nodig om Borodin beter te begrijpen. Een citaat van Gogol is
hier op zijn plaats (Borodin citeerde Gogol nog wel eens): “Maar over dit alles komt de
9 Bukowski (1976) 19.
7
lezer gaandeweg meer te weten als de tijd daar is”10. Evenmin heb ik deze gelegenheid
aangegrepen om een geschiedenis van de chemie te geven, zoals Alan Rocke in zijn
biografie van Hermann Kolbe11 (1993) deed12. Rocke behandelt het persoonlijke leven
van zijn “held”, die hij onsympathiek vindt (blz. 7), zeer summier. In zijn latere biografie
van Wurtz13 streeft Rocke naar een bredere opzet: “…there is much to be said for
accounts that attempt a strong integration (my italics) between four biographical levels:
the “merely personal” aspects of human life (such as upbringing, family, and
personality), the cognitive realm of the development of scientific thought, the prosaic
world of quotidian scientific work, and the professional milieu in which the scientist
operates (including his or her political and social interactions)” (Rocke (2001) 1). Ik kan
mij in deze aanpak wel vinden, des te meer omdat er in het geval Borodin nog meer
“levels” zijn te integreren. Uiteraard leidt deze werkwijze er toe, dat gebeurtenissen van
algemeen belang worden beschreven met het oog op het belang ervan voor de
hoofdpersoon. Zo is mijn beschrijving van het congres te Karlsruhe (hoofdstuk 6) anders
dan die van Rocke in zijn Wurtz-biografie (Rocke (2001) 226-233).
Ik hoop ook de valkuilen te vermijden, opgesomd in de verzuchting van James
Moore: “…all these biographies come replete with one or more of the following: a
forbidding price-tag, intimidating footnotes, rambling primary-source quotations,
distracting historiographic asides, jarring first-person interventions (in this chapter I shall
argue…), and a confusing narrative structure” (James Moore, Metabiographical reflections
on Charles Darwin, in Shortland & Yeo (1996) 270).
De aanpak door Alexander Poznansky (1993) van Tsjaikovski’s leven - The Quest
for the Inner Man – spreekt mij wel aan. Vergeleken met die van Tsjaikovski is Borodins
sexuele geaardheid echter minder van belang en er is trouwens veel minder materiaal
beschikbaar.
In Borodins geboortejaar was St. Petersburg een jonge stad. Honderddertig jaar
eerder door Peter de Grote gesticht, had het een snelle ontwikkeling doorgemaakt en in
de negentiende eeuw werd het de grootste stad in Rusland (Bater (1976) ix). In 1856
was Petersburg met bijna 500 000 inwoners slechts iets kleiner dan Berlijn. Hier was de
zetel van de regering gevestigd evenals de hofhouding tsaar Nikolaas I. Om de
gedachten te bepalen: in Borodins kindertijd stierven de dichters Poesjkin en Lermontov
ieder in een duel. In de jaren dertig verschenen ook de meeste werken van Gogol. Op
10 “Но обо всем этом читатель узнает постепенно и в свое время” (Гоголь, Мертвые души, глава вторая;
Gogol, De dode zielen, tweede hoofdstuk).
11 Hermann Kolbe (1818-1884) was een vooraanstaande Duitse chemicus. Hij volgde in 1851 Bunsen op als
professor in Marburg. Sinds 1865 doceerde hij in Leipzig, waar hij de laboratoria aanzienlijk uitbreidde. Helaas
is hij na zijn dood vooral bekend gebleven om zijn felle oppositie tegen de structuurtheorie en de stereochemie
12 “One purpose for writing this book is to highlight and chronicle this important period in more depth than has
hitherto been attempted. A convenient vehicle for this purpose is the life and career of Hermann Kolbe” (blz. 3).
13 Charles Adolphe Wurtz (1817-1884) komen we in hoofdstuk 8 en 10 weer tegen.
8
muzikaal gebied is hoogstens Glinka’s opera Een leven voor de tsaar van blijvende
waarde gebleken. Verwijzingen naar de Russische schilderkunst uit die jaren roepen
evenmin iets op bij de niet-Russische lezer. Het openbare artistieke leven werd bepaald
door het hof, dat er naar streefde in Petersburg een internationale sfeer te scheppen. De
hoofdstad zou in cultureel opzicht moeten kunnen wedijveren met steden als Londen en
Parijs. Een van de middelen daartoe was een Italiaanse opera waar de grootste sterren
regelmatig optraden.
Rusland kon nog niet voldoende eigen kader opleiden. Dientengevolge groeide het
aantal Duitsers14, zowel onder ambtenaren als militairen. Deze toestroom kwam vooral
uit de nabij gelegen Baltische landen. Ook in kunst en wetenschap nam hun invloed toe.
Borodin zou zich daar later nog over beklagen. De maatschappij in Rusland werd
ingericht naar Duits model. West Europa gold als voorbeeld voor het Russische onderwijs
en werd tevens gevreesd als bron van subversieve ideeën. Het tweeslachtige
onderwijsbeleid in Rusland, gevoegd bij een versnippering op bestuurlijk gebied, remde
de zo noodzakelijke groei van het aantal geschoolde staatsburgers. De toegang van
brede lagen van de bevolking tot goede opleidingen bleef beperkt. De School voor
Rechtsgeleerdheid, geopend in December 1835 om in de behoefte aan deskundige
ambtenaren te voorzien, was een opleiding voor de kinderen van de elite (McClelland
(1979) 6). In het volgende hoofdstuk en in hoofdstuk 16 zal worden besproken hoe de
toegang tot het hoger onderwijs was geregeld.
Alexander Borodin mag dan als wetenschapper en vooral als componist de
geschiedenis zijn ingegaan, zijn voornaamste werkterrein was het onderwijs. De
biografieën15 die aan deze bijzondere man zijn gewijd beperken zich meestal tot de
componist Borodin. Het is mijn ambitie vooral de persoon die zoveel uiteenlopende
vaardigheden bezat, te beschrijven en daarbij speciaal aandacht te schenken aan zijn
buitenlandse contacten. Vooraf geef ik een overzicht van de biografische literatuur
waarop ik voortbouw – en mij soms tegen afzet. De vraag rijst waarom er 120 jaar na
Borodins dood nog een biografie nodig is. Mijn antwoord komt overeen met dat van
Stephen Walsh in zijn Stravinsky biografie: “The need for a new biography of Stravinsky
lies not in any need to illuminate his Freudian relationship with his parents16, but in the
much more basic need to establish the facts. There are complex reasons why this has
never actually been done before.” (Walsh (1999). In het geval van Borodin zijn die
redenen minder gecompliceerd, maar hebben wel het beeld vertekend.
14 Waaronder ook wel andere nationaliteiten werden gerekend.
15 Ik beperk mij hier tot biografieën in boekvorm, maar bespreek ook enkele tijdschriftartikelen die te belangrijk
zijn om onvermeld te laten.
16 Daartoe is met betrekking tot Borodin al veel eerder een poging ondernomen (Lacombe, 1936). Lacombe
geeft een psychiatrische analyse (opgedragen aan Sigmund Freud) uitsluitend op basis van het boek van
Habets.
9
Description:Behoudens de in of krachtens de Auteurswet 1912 gestelde uitzonderingen, mag niets uit deze uitgave worden .. beschouwde hij de uitgave van Borodins brieven als zijn levenswerk en toen dat klaar van de adel, hun status van elite terug te winnen: “Spiritualism was an arena in which members